Wat is een Comité voor preventie en bescherming en heeft mijn bedrijf dit ook nodig?

Het comité voor preventie en bescherming op het werk brengt vertegenwoordigers van de werknemers en de werkgever bij elkaar. De kernopdracht van het comité is advies verlenen over welzijn op het werk. De oprichting van een comité is verplicht in organisaties met meer dan 50 werknemers. 
 

Is een comité pbw verplicht in elke onderneming?

De oprichting van een comité voor preventie en bescherming op het werk (pbw) is verplicht in in elke privé-onderneming waar gemiddeld ten minste 50 werknemers tewerkgesteld zijn. Als er geen comité opgericht is dan worden de opdrachten van dit overlegorgaan toevertrouwd aan de vakbondsafvaardiging. Als er ook geen vakbondsafvaardiging is, dan is het aan de werkgever om de werknemers rechtstreeks te raadplegen over het welzijnsbeleid.
 

Hoe is het geregeld in de publieke sector?

Voor de toepassing van de wetgeving welzijn op het werk zijn er geen verschillen tussen privé-ondernemingen en overheidsbedrijven. De bepalingen van de wet welzijn en de codex welzijn op het werk gelden zowel voor de privé- als de overheidssector. Er is echter wel een verschil op het vlak van de organisatie van de comités voor preventie en bescherming op het werk. Zo zijn er in de openbare sector hoge overlegcomités en basisoverlegcomités. De opdrachten van deze comités inzake welzijn op het werk zijn gelijklopend met de privé-sector.
 

Hoe is het comité samengesteld?

Het comité is samengesteld uit werknemers- en werkgeversvertegenwoordigers. De werknemersvertegenwoordigers, zowel de effectieve als de plaatsvervangende leden, worden gekozen op basis van de sociale verkiezingen. Deze verkiezingen vinden elke vier jaar plaats.
De werkgeversafgevaardigden hebben een leidende functie en zijn bevoegd om de werkgever te vertegenwoordigen en in zijn naam te spreken.
De voorzitter van het comité is de werkgever of zijn afgevaardigde. De interne dienst voor preventie en bescherming op het werk verzorgt het secretariaat.
 

Wat zijn de opdrachten van het comité?

Het comité draagt actief bij tot het welzijnsbeleid door het geven van adviezen, het formuleren van voorstellen en het mee opvolgen van de implementatie van de preventie-acties. Elke werkgever moet een welzijnsbeleid uitwerken volgens de principes van het dynamisch risicobeheersingsysteem. Dit beleid wordt geconcretiseerd in het vijfjaarlijkse globaal preventieplan en het jaaractieplan. Het comité wordt betrokken bij de uitwerking en opvolging van deze plannen. 
 

Is de werkgever verplicht om advies te vragen aan het comité?

Verscheidene wettelijke bepalingen schrijven inderdaad voor dat de werkgever advies moet vragen aan het comité voor preventie en bescherming op het werk. Dit wordt omschreven als voorafgaandelijkadvies. De werkgever mag een bepaalde maatregel, bijvoorbeeld aankoop persoonlijke beschermingsmiddelen, enkel nemen indien hij hierover het advies gevraagd heeft aan het comité. Daarna is het aan de werkgever om gevolg te geven aan deze adviezen. Indien hij het advies naast zich neerlegt, dan moet hij deze beslissing motiveren tegenover het comité.

Voor een beperkt aantal onderwerpen, gaat de wetgever nog verder en is er bepaald dat er een voorafgaand akkoord van het comité nodig is. Een voorbeeld hiervan is de aanstelling van de preventieadviseur. 
 

Hoe gaat het comité tewerk?

Het comité voor preventie en bescherming op het werk komt ten minste één keer per maand samen. In de praktijk komt dit meestal neer op 10 keer per jaar (niet in de zomermaanden). Hoe de vergaderingen precies verlopen, hoe de agenda wordt samengesteld en op welke wijze er advies wordt verleend, staat in een huishoudelijk reglement. Dit huishoudelijk reglement wordt best vastgelegd tijdens de eerste meeting van het nieuwe comité, na de sociale verkiezingen. 
 

Hoe worden de comitéleden geïnformeerd?

Een comité voor preventie en bescherming op het werk kan slechts degelijk werk afleveren als het over voldoende informatie beschikt. Daarom moet de werkgever alle nodige informatie verstrekken zodat het comité met grondige kennis van zaken advies kan uitbrengen. Het gaat dan in het algemeen over alle informatie over de risico's voor de veiligheid en de gezondheid, de beschermings- en preventiemaatregelen en de noodmaatregelen. Meer specifiek zijn er verscheidene wettelijke bepalingen die het doorgeven van documenten en informatie aan het comité verplichten. Het gaat dan bijvoorbeeld over het globaal preventieplan en het jaarlijks actieplan, het brandpreventiedossier en documenten i.v.m. het gezondheidstoezicht.  
 

Hoe verloopt de informatiedoorstroming naar het hele bedrijf?

Het comité is een overlegorgaan. Vertegenwoordigers van de werknemers en de werkgever zitten er samen om na te gaan wat er kan gedaan worden om het welzijn op het werk te verbeteren. De activiteiten van het comité zijn dan ook van belang voor het hele bedrijf. Daarom moet informatie over wat er op de agenda staat van de vergaderingen en welke adviezen er gegeven worden, doorstromen naar alle medewerkers. Dit kan bijvoorbeeld door de agenda en de verslagen van de vergadering uit te hangen op informatieborden of beschikbaar te maken op intranet.